-
1 chute
chute [sĵuut]〈v.〉4 eindpunt♦voorbeelden:lois de la chute des corps • wetten van de zwaartekrachtchute d'eau • watervalchute du jour • (het) vallen van de avondchute d'un toit • helling van een dakchute naturelle • natuurlijke watervalchute en pente • hellend dakvlak→ point3 la chute de la bourse • de ineenstorting van de beurs, de beurskrachf1) val, (het) vallen2) ondergang4) waterval5) eindpunt6) afval, rest [stof]7) mislukking
Перевод: с французского на все языки
со всех языков на французский- Со всех языков на:
- Французский
- С французского на:
- Нидерландский